Nieuws Balanceren op een koord
In 2013 stortte Niketan zich voorzichtig in een nieuw avontuur, het bespreekbaar maken van seksuele voorlichting aan jongeren met een verstandelijke of lichamelijke beperking. Het leverde vele rode oortjes op bij onze Bengaalse collega’s.
Het onderwerp was niet bespreekbaar en al zeker niet voor mij als vrouw richting mijn vooral mannelijke collega’s. Echter de door de jongeren zelf stiekem gemaakte opnames op mobiele telefoons maakte mij duidelijk dat ik mijn rug recht moest houden.
Het kon natuurlijk ook niet anders dan dat de 12 complexe beperkte jongens midden in de pubertijd op onderzoek uit gingen. Vriendschappelijke knuffels werden seksuele getinte aanrakingen en sociaal gewenste grenzen werden overtreden. Uiteindelijk moest het personeel in Bangladesh wel toegeven dat training hierin wellicht wenselijk was. “Als je seksuele voorlichting geef, gaan ze dan niet juist seksuele handelingen uitvoeren”, was een veel gestelde vraag.
Het was duidelijk dat we ons in dit onderwerp voorzichtig moesten bewegen en dat de kennis ook bij de gemiddelde Bengaal nihil was. Zo werd mij verteld dat het hoofdstuk seksuele voorlichting in de lesboeken door bijna iedere leerkracht wordt dicht geniet, met de opmerking dit hoef je niet te weten / leren. En als zo’n leerkracht het hoofdstuk niet dicht had geniet en de leerlingen de opdracht kregen dit hoofdstuk thuis te bestuderen, dan scheurde hun vader het hoofdstuk wel uit het boek.
Een heel lesboek vol over je eigen lichaam, relaties en seksuele voorlichting was dus best een stap, zeg maar. Ik ging in gesprek met Sanderijn van der Doef, seksuoloog en psycholoog, met veel ervaring in het geven van trainingen seksuele voorlichting aan jongeren in Bangladesh. De belangrijkste les die ik van haar leerde was, noem het geen seksuele voorlichting maar een training reproductieve gezondheidszorg. Immers er is een legioen aan redenen te verzinnen om trainingen seksuele voorlichting tegen te houden, maar wie kan nu tegen een training gezondheidszorg zijn?
In 2016 ging een door Sanderijn opgeleide lokale trainer de medewerkers van Niketan trainen. Ik was erbij en moet zeggen ik heb nog nooit in zo’n korte tijd zoveel geleerd. Niet over het onderwerp, maar over de cultureel bepaalde aannames en de voortlevende taboes.
De eerste overwinning voor onze vrouwelijke medewerkers was om een mannelijke collega aan te raken. Niets seksueels, maar gewoon zijn arm of rug aanraken tijdens een spelletje. Daarna volgde het zonder schaamte benoemen van een geslachtsorgaan, in plaats van het af te doen met ‘daar onder’. Verbouwereerd hoorde ik aan dat mijn collega’s geen idee hadden hoe hun geslachtsorgaan werkte, wat een natte droom inhoud en waarom een vrouw menstrueert. Vol ongeloof luisterde ik naar een mannelijke collega die vol overtuiging vertelde dat een vrouw haar schoonheid dankt aan elke dag seks met haar man. Maar echt overdonderd was ik als de vrouwen hun verhaal vertelde.
Het enige wat zij van hun moeder te horen krijgen is ‘laat je nooit op je mond zoenen’. Zo ontstaat bij vele de aanname dat door een zoen op je mond je zwanger kan raken. Vrouwen vertelde mij dat ze in hun huwelijksnacht de schoonfamilie wakker schreeuwde omdat de kersverse echtgenoot haar probeerde te zoenen. Onnodig om te zeggen dat de jonge onwetende meisjes hun huwelijksnacht vaak als traumatisch ervaren.
Na 10 dagen intensieve training zijn de medewerkers klaar om de training aan de jongeren te geven. Om inzicht te krijgen in wat hun kennis niveau over dit onderwerp is, vuren we een lange confronterende vragenlijst op ze af. We schrikken van het aantal meisjes die door hun vader, oom, broer, neef, buurjongen, geestelijk leider, politieke leider, leerkracht misbruikt en zelfs verkracht is. Geëmotioneerd luisteren we naar de meest vreselijke verhalen, een meisje met autisme verteld lachend dat haar vader met haar naar bed gaat, haar borsten streelt en haar penetreert. Een ander meisje verteld geagiteerd met een grote lach op haar gezicht in steeds groter wordende gebaren dat ze twee keer betast en verkracht is door een buurjongen. Ze heeft het proberen te vertellen aan haar moeder, maar die wilde niet luisteren. Ze denkt dat ze zwanger is geraakt en is opgelucht dat ze haar verhaal eindelijk met iemand kan delen. Het probleem is vele malen groter dan we aanvankelijk al dachten.
Ondertussen vroeg de voormalige Minister van Ontwikkelingssamenwerking Liliane Ploumen middels een kamerbrief om aandacht voor reproductieve gezondheidszorg voor mensen met een beperking. Niketan wordt genoemd als een van de voorbeelden en voor we het weten zitten we zowel in Nederland als in Bangladesh in een werkgroep om aandacht te vragen voor dit onderwerp. Niketan werkte mee aan twee publicaties ‘Untold desires’ en ‘Everybody matters’ . Ook ons lobby werk richting de Nederlandse Ambassade werpt zijn vruchten af, zo heeft de ambassade de intentie om te financieren in een grootschalig onderzoek naar de hulpvraag van mensen met een beperking in Bangladesh.
De trainingen aan onze jongeren lopen nu een jaar met prachtige resultaten. De geleerde lessen worden gedeeld met zussen, vriendinnen en moeders. De jongeren zijn zelfbewuster, hebben een betere eigenwaarde en zijn zelfverzekerder. Een taboe is doorbroken, verhalen worden gedeeld en vragen worden gesteld. Zelfs de wens om meer te leren over het hebben van een seksuele relatie wordt uitgesproken.
Deze trainingen zullen wij opnemen in ons kenniscentrum, waarvan ook andere hulpverleners in Bangladesh gebruik kunnen maken.
Lees ook mijn eerdere blog Bangladesh een emotionele rollercoaster